Niet normaal
In de schaduw van Barack Obama bouwde David Plouffe als architect en manager van zijn campagne twee jaar lang aan de verkiezing van Obama tot de eerste zwarte Amerikaanse president. Vrij snel na de inauguratie van Obama verscheen het boek ‘The Audacity to Win’ van de hand van Plouffe, met daarin een mooie blik achter de schermen van een politieke campagne. Plouffe beschrijft in mijn ogen het succes van de Obama-campagne aan de hand van een voorval dat plaatsvindt in aanloop naar de democratische voorverkiezingen in South Carolina. De strak geleide campagne onder leiding van Plouffe komt in aanvaring met de plaatselijke Obama-campagne. Het ‘wij doen het al jaren [succesvol] op deze manier’ argument van de lokale staf maakt weinig indruk op Plouffe en zijn weerwoord is cruciaal en buitengewoon leerzaam voor campagnemakers over de hele wereld:
‘I said I appreciated their position but we had an established approach, focused on the grassroots, and we had great faith in its potential success. […] We had our game plan and stuck to it. This was a hallmark of our campaign: because our strategy and approach were settled, decision making was fairly uneventful, which I think is important in any organization. When an issue or question arose, we asked ourselves whether it supported our strategy and whether it was consistent with our tactics. If the answer was no – and most times it was – there was no debate or drama. We simply demurred, as in the South Carolina situation. This allowed us to spend more time on execution and less on hand-wringing over decisions.’
Al langere tijd volg ik de Amsterdamse wethouder Lodewijk Asscher van een afstandje en telkens weer vermoed ik dat hij met bovengemiddelde interesse de opmars van Barack Obama heeft gadegeslagen. Het zou mij ook helemaal niets verbazen als ‘The Audacity to Win’ van Plouffe, maar ook ‘Game Change’ van John Heilemann en Mark Halperin beduimeld en vol ezelsoren op zijn werktafel in de Amsterdamse Stopera liggen.
Vorige week ging Asscher bij Pauw en Witteman in debat met minister Henk Kamp over zijn voornemen om stageplekken te bieden aan jongeren zonder verblijfsvergunning. Hij won het debat van de minister in mijn ogen op alle fronten. Niet alleen retorisch, maar ook empathisch en inhoudelijk. Waarom? Omdat zijn strategie al vanaf 2006 glashelder is. Of zoals hij het zelf onlangs verwoordde in een lezing over ‘zijn idee voor Nederland’:
‘Als ik terugdenk aan de grote kwesties waar ik mijn tanden in zet, of het nu gaat om de Wallen, jeugdzorg of onderwijs, dan begint het steeds op dezelfde manier. Het begint het met het besef dat we iets gewoon zijn gaan vinden wat niet normaal is. Het is niet normaal dat we de andere kant opkijken als vrouwen tegen hun wil achter de ramen zitten. Het is niet normaal als in een probleemgezin 25 verschillende hulpverleners komen. Het is niet normaal als uit sommige stadsdelen nauwelijks kinderen naar het vwo gaan. […]’
Zijn strategie is even eenvoudig als doeltreffend. Wanneer daags na het Pauw en Witteman debat op twitter een D66 deelraadslid uit Amsterdam het volgende te zeggen heeft:
hoeft Asscher zelf niet eens te antwoorden. Een, in ieder geval op het eerste gezicht, niet aan Asscher gelieerde volger post de volgende video als weerwoord.
David Plouffe zou het schouwspel ongetwijfeld met tevredenheid aanschouwen.
Alex Klusman
Eigenaar BKB | Het Campagnebureau
Twitter: @AlexKlusman