Dat is wat ik heb ingevuld op mijn visum-formulier toen ik het land ruim een maand geleden binnenkwam. Profession: self-employed. En ja, dat ben ik hier in Zuid-Afrika.
Een eigen bedrijf, www.bkbafrica.co.za, visite-kaartjes, opdrachten, opdrachtgevers en onderaannemers.
Als ware ik een ‘voortrekker’ die op zijn ‘ossewa’ het land intrekt op zoek naar vruchtbare grond en nieuw te ontginnen gebieden. Zo ook is het hier anno 2010 pionieren.
Waar zitten de potentiële nieuwe opdrachten? Hoe komen we toch ‘binnen’ bij de overheid met alle heftige BEE (black economic empowerment) programma’s die voor ons ‘all whites’ bedrijf niet bepaald gunstig zijn. Welke journalisten zijn echt goed om te kennen? En welk AV bedrijf moet ik inhuren als Afrikaaps (‘zwarte’ hiphop in het Afrikaans) komt optreden bij een media-launch van een project?
Het opnieuw pionieren, zoals Lennart, Erik en ik dat in de beginjaren van BKB in Amsterdam deden, is geweldig. Je bent constant scherp op nieuwe ‘opportunities’, je leest kranten anders, je legt je oor op zoveel mogelijk plaatsen te luister, je praat met zoveel mogelijk (verschillende) mensen en je moet je ‘elevator-pitch’ altijd paraat hebben.
Maar uiteindelijk gaat het om het opbouwen van een netwerk in een (volkomen) nieuwe omgeving. Zoals de voortrekkers de hottentotten moesten leren kennen, zo ben ik hier op zoek naar mijn plaats in de samenleving.
Volgende week naar de ‘State of the Nation Address’ van President Zuma in het Robbeneiland museum. Op twitter proberen ook een Zuid-Afrikaanse schare van ‘followers’ op te bouwen. En natuurlijk en vooral goed, creatief en gedegen werk afleveren.
En dat brengt mij weer terug bij het pionieren. Ineens ben ik weg uit de professionele omgeving van het BKB kantoor aan de Westerstraat in Amsterdam. Geen enorme database met adressen, geen scanner, geen laserprinter, maar simpelweg twee mobiele telefoons (een NL’se en een Z-Afrikaanse) en een laptop.
Hupsakee, aan de slag!