Vandaag verschenen in het Financieele Dagblad:
Dienstplicht
Het notariaat is zo’n beroepsgroep waar ik maar moeilijk aan kan wennen. Mijn eerste kennismaking met een notaris was tijdens mijn studie in Groningen. Samen met mijn toenmalige vriendin had ik besloten een samenlevingscontract af te sluiten en daarvoor dienden we langs te gaan bij een plaatselijke notaris. Terwijl de goede man in sneltrein vaart de acte aan ons voorlas viel mijn oog op een nogal abstract schilderij dat achter zijn bureau en boven zijn hoofd hing. Toen hij even later ons contract ondertekende zag ik plotseling de gelijkenis. De handtekening waarmee hij zijn dagelijkse geld verdiende pronkte even trots als potsierlijke aan zijn muur.
Maar wie ben ik om over die handtekening te oordelen terwijl ik daar een samenlevingscontract afsloot om daarmee op basis van het kostwinnersprincipe onder de militaire dienstplicht uit te komen. Begin jaren negentig van de vorige eeuw velden maar weinigen daar een oordeel over. Zelf kijk ik er twintig jaar later met de nodige schaamte op terug. Vorige week nog schreef ik hier op deze plaats over de ontwikkelingen in de Nederlandse samenleving en over het sluimerende onbehagen dat zich langzaam van mij meester maakt. Het is in mijn ogen te makkelijk om alleen maar met de beschuldigende vinger naar de politici in Den Haag te wijzen. Het gevoel van onbehagen wordt net zo goed gevoed door een schrijnend gebrek aan verantwoordelijkheid van alle anderen die de samenleving vormen.
Voormalig minister president Balkenende had het zo gek nog niet aangevoeld met zijn pleidooi voor normen en waarden. Het schortte alleen ten ene malen aan een goed doordachte uitwerking ervan. Waarom is het idee voor de herinvoering van de dienstplicht nooit van de grond gekomen? Een dienstplicht voor zowel jonge mannen als vrouwen, minder militair en meer maatschappelijk van aard en bovenal bedoeld om, vrij naar president Kennedy, ons af te vragen wat wijzelf voor ons land kunnen doen in plaats van te vragen wat ons land voor ons kan doen. De rellen van vorige week in Engeland zijn voor premier Cameron aanleiding om zijn eerder aangekondigde ‘National Citizen Service’ veel breder dan tot op heden het geval was door te voeren. In zijn boeiende ‘fight back’ speech begin deze week geeft hij aan de maatschappelijk dienstplicht als een zaak van nationaal belang te zien. Cameron beschrijft dat de grootste les van de rellen is geweest dat er nu serieus over gedrag wordt nagedacht en dat er consequenties aan verbonden worden.
Ik pleit ervoor om een dergelijke maatschappelijke dienstplicht ook zo snel mogelijk in Nederland in te voeren. Sterker nog ik ben zelf meer dan bereid om die met terugwerkende kracht te vervullen. Onlangs sprak ik een Tweede Kamerlid dat al ruim een jaar één dag per week als straatcoach en ‘huisbezoeker’ in een grote stad actief is. Hij doet dat belangrijke werk niet alleen vol overgave, maar leert er ook veel van dat in zijn andere werk van pas komt.
Waarom zouden ondernemers, zoals ik, niet ook op vergelijkbare wijze een steentje bijdragen aan hun eigen stad en samenleving en daarmee ook de invoering van zo’n maatschappelijk dienstplicht vergemakkelijken?
Alex Klusman
Eigenaar BKB | Het Campagnebureau
Twitter: @AlexKlusman
Pingback: Pijn is fijn…. | Klusman.com()