Oosterschelde, windkracht 10

Zo’n week als deze met extreme kou, bevroren waterleidingen en schaatsers op sloten, vijvers en binnenmeren brengt herinneringen terug aan mijn allereerste winter in Nederland. Eind 1978 waren mijn ouders met mijn zus en mij na een avontuur van twaalf jaar teruggekeerd uit het warme Zambia naar Nederland. De overgang vanuit het ‘landlocked‘ zuidelijk Afrikaanse land naar het nietige Zeeuwse eiland Schouwen-Duiveland, waar we aan de voet van de vuurtoren van het kleine Haamstede gingen wonen, was voor mijn gevoel enorm.

Niet alleen zag ik die winter voor het eerst sneeuw en leerde ik achter een keukenstoel schaatsen, ik kreeg van mijn vader ook een eerste inkijk in de strijd van mijn nieuwe moederland tegen het krachtige water van de Noordzee. In de weekenden brachten we bezoekjes aan het werkeiland Neeltje Jans midden in de Oosterschelde, waar met man en macht gewerkt werd aan een waar huzarenstukje, de voltooiing van het meest aansprekende deel van de Deltawerken, de Oosterscheldekering. Ook wel de pijlerdam genoemd.

Na jarenlang politiek trouwtrekken werd halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw gekozen voor een complexe oplossing voor de afsluiting van de Oosterschelde. De pijlerdam met schuifdeuren werd dé oplossing om het zeemilieu te beschermen door het water zo zout als zeewater te houden. Tegelijkertijd werd de veiligheid van de bewoners tegen hoogwater gegarandeerd met schuifdeuren die bij extreem weer konden zakken en de Oosterschelde daarmee volledig afsluiten. Tot op de dag van vandaag trekt dit deel van de Deltawerken internationaal veel aandacht. Het is door de American Society of Civil Engineers zelfs tot een van de zeven moderne wereldwonderen verklaard. De keuze voor de innovatief opzienbarende Oosterscheldekering is een prachtig voorbeeld waarbij in Nederland de wetenschap, het innovatieve bedrijfsleven en de politiek elkaar tot grote hoogten hebben gestuwd.

Afgelopen week toonden twee collega’s van mij beelden van een interview dat zij onlangs hadden afgenomen met Jan Terlouw. Als schrijver, oud-politicus en gepromoveerd fysicus geeft hij een prachtig antwoord op de vraag waar de oplossing voor de dreigende klimaatverandering of -crisis ligt. ‘Je moet vooral heel goed luisteren naar de wetenschap en de steun van de wetenschap verwerven. En daarop zou de politiek zijn beleid moeten afstemmen’. Maar politiek is een moeilijk vak aldus Terlouw, waarin verschillende belangen moeten worden gehoord en afgewogen. In de ogen van de oude meester moet de belangrijkste afweging altijd zijn dat de besluiten die genomen worden in het belang zijn van de toekomstige generaties.

Met de woorden van Terlouw in mijn hoofd schrok ik dan ook van de kop eind vorige week op de voorpagina van de Volkskrant: ‘Kabinet kort 10 procent op wetenschap’. De huidige regering gaat de komende jaren fors bezuinigen op wetenschappelijk onderzoek. In 2016 zal er 700 miljoen euro minder aan research worden uitgegeven dan in 2010. Waar is het leiderschap van onze huidige generatie politici om ruim een halve eeuw na de start van de Deltawerken hand in hand met de wetenschap en innovatieve ondernemers een grootschalig plan voor de dreigende klimaatcrisis te lanceren? Laten ze om te beginnen eerst allemaal verplicht Jan Terlouws voorspellende Oosterschelde, windkracht 10 lezen.

Alex Klusman
Eigenaar BKB | Het Campagnebureau
Twitter: @AlexKlusman

Deze column is vandaag verschenen in het #FD

Share →
Klusman.com

Pages

The Latest

  • Kingmaker Malema
    Het stof van de gemeenteraadsverkiezingen van twee weken geleden is in Zuid-Afrika […]

More

© 2012 Klusman.com