Dromen zijn bedrog
De eerste week van mijn bestraling zit erop. Drie maal ben ik in mijn Hannibal Lecter masker vastgeklonken aan de speciale tafel en negen keer is de rapid arc nu in totaal zoemend en stralend over mijn hoofd heen gedraaid.
Doet het pijn? Voel je er wat van? Dat zijn de vragen die ik de eerste week veel heb gekregen.
Eerlijk gezegd weet ik dat niet. Je bent veel te geconcentreerd op het zo doodstil mogelijk liggen, dat je niet eens merkt als het ook echt pijn zou doen. En na zo’n bestraling denk je juist weer van alles te merken. Zo bewust ben je je van het feit dat je als enige in die bestralingsruimte hebt gelegen, terwijl iedereen anders zich snel heeft verschanst achter metersdikke met betonstaal gewapende wanden. Met andere woorden het moet wel iets met je doen.
De afgelopen dagen heb ik overigens ook gemerkt dat het hele bestralingscircus nog wel meer met mij doet. Na de tweede bestralingsdag werd ik midden in de nacht geschrokken wakker uit een nachtmerrie. De bestralingsarts had mij bij zich geroepen omdat hij heel ontevreden was met de eerste resultaten en zich grote zorgen maakte over het vervolg.
De droom zou toch geen voorbode zijn op het gesprek dat mij vanmiddag te wachten stond?
Gelukkig had Marco Borsato gelijk toen hij zong: ‘Dromen zijn bedrog…’, de arts was de hele afspraak vergeten en zat op een medisch congres in Monaco.
En zo kon ik toch gerust het weekend in met de wetenschap dat de derde bestraling er al weer op zit en ik nog maar 22 te gaan heb.